1. Mini - 145


    Datum: 23-6-2022, Categorieën: Romantisch Auteur: Keith, Bron: Opwindend

    ... gaten hielden. We hadden de doden onderzocht, verzamelden wat we vonden en gaven dat mee aan de crew van de heli, voor onderzoek in TK.
    
    Daarna kwam het zwaarste werk. We legden de lichamen bij elkaar. Ik pakte mijn kompas en zocht het zuid-westen. "Alle lichamen op de rechterzijde neerleggen, kijkend naar die kant, jongens. Moslims worden begraven met gezicht richting Mekka." Gegrom klonk. "Verdomme Kees, moeten we die klootzakken nog een dienst bewijzen ook?" Ik keek naar degene die het zei, de schutter van de MAG. "Frans, als jij dood bent, is het ook niet zo netjes als we je lichaam gewoon aan zijn lot overlaten, hé? Doe wat ik je zeg!" Een graf graven konden we niet; we ondersteunden de lichamen met wat zand of een steen en bedekten de doden met nóg een laag zand en dat was het. Een van de jongens sloeg nog een kruis. “Ik vraag me af of ze dat zouden waarderen, Wil…” Hij keek me aan. “Je moet toch wát, Kees? Een mens heeft toch recht op een fatsoenlijke begrafenis?”
    
    Ik knikte woordeloos, hevig geëmotioneerd. Ook bij mij stonden tranen in de ogen. Ik liet het bivak opbreken en we vervolgden onze patrouille. Een kleine halve maan van stenen markeerde het gemeenschappelijke graf. De coördinaten gaf ik door aan de base. De eigendommen van de gesneuvelden waren al meegenomen door de helikopter voor verder onderzoek. Veel hadden ze overigens niet bij zich gehad; hun wapens, munitie, wat Afghaans geld, een enkeling een notitieboekje en twee man een deel van de Koran.
    
    De ...
    ... dag daarna liepen we Kamp Holland binnen: het tweede peloton was terug van haar laatste patrouille.
    
    Meestal gingen na een patrouille even met elkaar dollen; nu had niemand daar trek in. Na de gebruikelijke debriefing, het onderhoud en een korte douche liet ik de groep even alleen.
    
    Ik had behoefte aan een momentje voor mezelf. Ik dwaalde door het kamp en kwam uiteindelijk in de grote eetzaal terecht. Daar was het rustig. Ik pakte een groot glas vruchtensap en ging aan een tafeltje achterin zitten. In gedachten liet ik de actie nog een keer de revue passeren en even later zat ik zachtjes te janken. Verdomme… Ik had tijdens dat vuurgevecht zeker vier mensen neergeschoten.
    
    Eentje ervan had ik herkend tijdens het bergen van de doden: een jochie van hooguit vijftien jaar met een opvallend hoofddeksel op: een baret van de Russische para’s op zijn hoofd. Hij had in z’n dood die baret nog steeds op. Misschien van z’n pa geweest; wellicht had z’n pa die baret wel van een dode Rus gejat. En nu was z’n zoontje gesneuveld door een salvo van Kees Jonkman uit Amersfoort…
    
    Ik voelde een hand op m’n rug. “Gaat ‘t, sergeant?” Ik keek op. De geestelijk verzorger stond naast me. Ik kende de man van gezicht; het leek me wel een geschikte peer. “Net terug van patrouille en een behoorlijke TIC meegemaakt.” “Mag ik erbij komen zitten?” Ik knikte. Hij keek naar m’n naamplaatje. “Jonkman… Die naam heb ik een paar keer horen vallen… Eergisteren in de Ops ook. Heb jij eergisternacht…?”
    
    Ik ...