1. Het Satorvierkant - 11


    Datum: 6-10-2021, Categorieën: Fantasie Auteur: Leen, Bron: Opwindend

    ... grendel dicht.
    
    Heel even staart ze naar haar reflectie in de spiegel naast het bed. Ze ziet er vreselijk uit: een bleke donkerharige vrouw met natte sporen die vanuit haar ogen over haar wangen lopen. "Het spijt me," fluistert ze, terugdenkend aan de uitdrukking in zijn gezicht: geschokt, verraden en diepgekwetst. "Het is beter zo, echt waar. Je hebt geen idee waar je aan begint." Ze beseft dat ze dit niet lang kan volhouden. Het voelt haar zwaar Wulfbehrt op afstand te houden, te doen alsof ze hem koud laat. Daarbij wordt het steeds moeilijker haar geheim te bewaren. Vroeg of laat zou hij ontdekken wie ze echt is. En wat zou hij dan doen? Haar overleveren aan de witte pater? Misschien is het tijd om haar biezen te pakken. Niet nu. Morgenochtend. Ze zou een goed moment kiezen en wegglippen voordat hij in de gaten heeft dat ze is verdwenen. "En waar ga je naar toe?" lijkt haar spiegelbeeld te vragen. "Ik weet het niet," mompelt ze. "Het maakt niet uit, zolang ik maar uit de buurt ben van Wulfbehrt." Haar man is dood door haar en ze zou niet opnieuw dezelfde fout maken. "Hij zal mij missen, ik zal hem missen. Maar hij komt er wel overheen." Verslagen laat ze zich op bed vallen, verscheurd door tegenstrijdige emoties. Ze wil niet weg, maar een andere keuze is er niet.
    
    Bliksemschichten, verblindend wit, en rommelende donder doorkruisen de volgende ochtend de plannen van Maryam. Als ze nu zou vertrekken, belooft het een lange natte tocht te worden. Beneden in de keuken zit ...
    ... Wulfbehrt aan de massieve houten tafel. Hij eet zwijgend en met neergeslagen ogen. Even kijkt hij op, maar wanneer hun blikken elkaar ontmoeten, wendt hij zich af. Maryam haar borst verstrakt. Ze voelt zich schuldig en wil zich verontschuldigen voor de vorige avond, maar dat doet ze niet. "Hij kan maar beter een hekel aan me hebben," denkt ze somber. Binnen niet al te lange tijd zou ze immers uit zijn leven verdwijnen.
    
    "Vanavond vertrekken we," zegt hij, met een gebaar naar de deur waar een aantal spullen reeds klaar liggen. "Hopelijk zijn we weg voordat de storm ons bereikt."
    
    Maryam fronst haar voorhoofd. "Ik zei toch..." Ze wil antwoorden dat hij zijn leven niet voor haar op het spel moet zetten, maar haar stem gaat ten onder in een hevige donderklap.
    
    Het regent inmiddels licht, druppels tikken op het houten dak. "Maryam, of je nu wilt of niet, je gaat hulp nodig hebben om hier weg te komen. Ik breng je naar het bos en dan mag je zelf beslissen of je alleen verder gaat."
    
    Maryam zucht. "Ik wil niet dat je hierin betrokken raakt."
    
    "Daar is het nu te laat voor. Volgens de witte pater zijn wij man en vrouw. Als nu blijkt dat jij de voortvluchtige vrouw bent, dan ligt ook voor mij een brandstapel klaar."
    
    "Het spijt me," reageert Maryam. "Het spijt me zo. Dit is allemaal mijn schuld." Ze barst in tranen uit.
    
    Bij het vallen van de avond snellen twee gestaltes ongemerkt de stad door, onopvallend dicht langs de huizen. Ze lopen steegjes door in de richting van de ...