1. Van wacht


    Datum: 10-8-2018, Categorieën: Overspel Auteur: kathykathy, Bron: Gertibaldi

    Ze knipt het centrale licht terug uit. De neon is te clean voor troebele gedachten. En ook de stilte van haar kabinet op een zondagmorgen maakt de chaos in haar sterker. Nog zeven minuten voor elf uur. Zijn dossier ligt op haar werktafel. De rontgenfoto’s er boven op. Met haar vingertoppen gaat ze over de witte ribben. Haar lange nagels haperen waar het bruine harde kopje van de tepel zou zitten. Strelen de fijne lijn op de rib er net onder. En dalen af naar de plexus solaris, de zwarte holte van het middenrif, de platte gespierde buik. Wat een man.
    
    Nochtans kon ze er niet mee lachen gisterenavond. Acht man thuis te dineren en dan om halftwaalf ’s nachts weggeroepen worden voor de wachtdienst. Moeten opdraven voor een vechtpartij. Haar avond verknald omdat één of andere debiel zich zo nodig moest bezatten en op de vuist gaan. En zo haar zeldzame vrije momenten verknallen. Zelfs met gedetailleerde instructies zou haar man er niet in slagen de “creme brulée” op een aanvaardbare manier te laten korsten. Het zag er naar uit dat hij de gasten onmiddellijk zouden laten overschakelen op de trappist. Het was koud buiten en het korte leren jakje dat ze rond haar blote schouders had geslagen was eigenlijk te dun. Haar naaldhoge hakken tikten in de stille gangen van de spoedgevallendienst. De poortwacht was even uit zijn hok gekomen en had het dossier met de persoonsgegevens door het raampje gestoken. De patient zat al binnen zei hij. Waar was hij dan. Enkel het ruisen van haar ...
    ... zwartzijden lange broek. De sleutel draait in de deur van haar kabinet. Het harde neonlicht start moeizaam op. En schijnt de gang in. Daar zit hij. In het donker. Shit. Altijd wat angstaanjagend zo alleen. Maar nooit problemen gehad eigenlijk. Dronken sukkels of gewone sukkels die naar haar billen kijken als ze zich omdraait maar bij het minste de ogen neerslaan. “Bent u” ze keek even naar het dossier “bent u mijnheer Kaplan?”. De zwarte schaduw bewoog en kwam naar haar toe. Op haar hoede keek Kathy hoe de omtrekken loskwamen en scherper werden. Uit de donkere achtergrond verschenen de contouren van een grote breedgeschouderde man in kostuum. Een smoking. Een geruisloze atletische pas. Hoe anders dan het vinnige getik van haar hakken die je van mijlenver hoorde afkomen. Een zuiders gezicht. Niet echt zuiders. Slavisch eerder. Oostblok dacht ze. “Mijnheer Kaplan ?” hoorde ze zichzelf herhalen. Terwijl ze zijn blik ving. Loeihard. Werktuigelijk schudde ze de uitgestoken hand. Ze geeft patienten nooit een hand. Zeker die niet van zaterdagnacht. Genadeloos keek hij haar in de ogen. Ze sloeg de hare neer. “Komt u binnen, alstublieft”.
    
    Hij had een slag gekregen op zijn borst. Meer uitleg was er niet gekomen. Beroepsongeval zei hij terwijl ze het dossier invulde. Of hij even zijn vest en hemd wilde uitdoen. Kathy was 36. Getrouwd en twee kinderen. Een man met goede baan in een multinational. Zij één van de drie radiologen van het provinciale ziekenhuis. Haar vrienden die nu thuis rond ...
«1234»