1. Mini - 153


    Datum: 21-8-2023, Categorieën: Romantisch Auteur: Keith, Bron: Opwindend

    ... even de kalmerende hand van Joline op mijn knie. “Neem me niet kwalijk. Gevoelig puntje.” Hij keek me aan. “Ik merk het. Sorry. Maar er zijn nog andere momenten geweest… “
    
    Hij ging verder met zijn vragen, maar we konden daar goed antwoord op geven.Uiteindelijk sloot hij af en zei: “Ik wil jullie nog even voorstellen aan de dienstdoend Officier van Justitie. Loop in de tussentijd mee en neem nog een kop koffie. Ik ben klaar.” We volgen Piet naar de kantine en hij schonk koffie in. “Namens de politie Veldhoven: bedankt.” We dronken rustig onze koffie totdat er een korte, gedrongen man binnenkwam. Piet stond op. “Dit is de dienstdoend OvJ. Ik laat jullie met hem alleen. Meneer, verhoorkamer 4 is vrij voor u. Fijne dag verder!”
    
    De nieuwe man keek ons aan. “Meneer Jonkman en mevrouw Boogers? Ik ben Roozema, dienstdoend officier van Justitie. Zullen we even apart gaan zitten?” We liepen terug naar dezelfde ruimte als we net zaten. “Meneer Jonkman, u heeft de gave om uzelf in een wespennest te steken. Vandaag of morgen breekt u dat op.” Ik keek hem strak aan. “Meneer Roozema, als iemand met z’n tengels aan mijn zussen wil gaan zitten, word ik nogal onplezierig in de omgang.
    
    Als ik daarna getreiterd wordt met doodsbedreigingen, incassobureau’s en gewapende inbrekers, word ik ronduit pissig. Net als u dat zou worden, neem ik aan. Als u mij of ons in staat van beschuldiging wil stellen: ga uw gang, maar dan houden wij vanaf dit moment onze mond.” Hij trok wat met zijn ...
    ... gezicht, maar zweeg.
    
    Ik keek even naar Joline. Haar ogen waren ijzig. Ze zei na een paar seconden stilte: “Wij wachten ergens op, meneer…” Roozema keek ons aan. “Dat was een oprechte waarschuwing meneer… en mevrouw. Voor uw eigen hachje. Niet veel burgers hebben het lef om zó met misdadigers om te gaan.” Hij draaide mij teveel om de pot heen. “Meneer Roozema: ik wil nú horen of u ons als ‘verdachten’ kenmerkt. Ja of nee?” Hij schudde zijn hoofd. “Nee, natuurlijk niet. U heeft ons een paar boefjes overgeleverd. Ik heb met een collega in het district Gorinchem gesproken: u heeft hen een witteboorden-crimineel overhandigd. Scheelt de maatschappij handenvol geld en ons heel veel speurwerk. Bedankt daarvoor, ook namens de collega uit Gorinchem.”
    
    Hij keek me aan. “Ik heb uw staat van dienst binnen Defensie in mogen zien. Bosnië en Afghanistan. Ik weet van een rechtszaak in Eindhoven, naar aanleiding van een incident op de TU. En nu deze reeks… Ik wilde u beiden even zien. En bedanken. Wilt u nog koffie?” Joline schudde haar hoofd. “Nee, dank u wel. Wij gaan, als u ons niet meer nodig heeft, richting Gorinchem. Aan het werk.”
    
    We stonden op en Roozema stak zijn hand uit. “Bedankt. Ik neem aan dat u bij de rechtszaak wilt zijn?” Ik knikte. “De belangrijkste vind ik de zaak tegen de Rooij Junior. Zijn pa boeit mij niet. Té economisch. Daar is zijn voormalige verzekeringsmaatschappij veel beter in. Zijn stiefma in feite ook niet zo. ” Roozema humde. “Ik zorg dat u op de hoogte wordt ...
«1234...10»