1. Gestrand - 1


    Datum: 25-4-2020, Categorieën: Hetero Auteur: Travestiet, Bron: Opwindend

    Hier mijn eerste aantekeningen na het zinken van het schip. Ik schrijf beknopt op wat er gebeurde in die gekke nacht. Ik had een cruise geboekt op een luxe zeiljacht die 1 maand zou rondvaren in de Indonesische archipel. Aan boord 1 kapitein, 1 stuurman, 4 matrozen waarvan er 1 bootsman was en 1 kok annex steward annex manus van alles.
    
    Gasten: een dame met haar twee dochters, een vrouw van middelbare leeftijd en ik. We voeren rond en bezochten mooie eilanden, doken in het heldere water en deden het allemaal rustig aan. Tot het moment dat de stuurman ons kwam vertellen dat er slecht weer werd verwacht en dat wij benedendeks moesten. En kijkende uit de patrijspoort zag ik de storm naderen maar de kapitein wist net op tijd ons in een baai af te meren. Woest reden wij op de golven. Het was aardedonker en de wind floot door de ra’s en touwen. Opeens hoorden wij een harde knal en de boot maakte ene zwieper. Iedereen of hij nou zat of in bed lag, viel op de grond. Nu kraakte het schip beangstigend. Schommelde als een bezetene en weer een harde knal. Nu ging de boot helemaal tekeer. Opeens werd de salondeur opengerukt en werd geschreeuwd dat we naar buiten moesten. De toon was dermate duidelijk dat niemand vroeg van hoe en waarom maar we vlogen de deur uit. De man leidde ons naar de sloep en duwde ons erin. In de boot zat de kok en 1 matroos.
    
    En voor wij het wisten waren wij al weg van het jacht en voeren in de nacht naar de kust. Golven vielen massaal over de rand en wij ...
    ... moesten al snel hozen. Opeens boven alle lawaai uit hoorde ik een hard geluid. Ik keek op en zag de branding. Geen leuke golfjes op een zandstrand, maar woeste bergen van wit schuim tegen de rotsen. Ze sloep slingerde woest en opeens raakte wij iets. De sloep draaide onmiddellijk en de matroos sloeg overboord. Nooit meer gezien. De steward greep het roer en riep mij. Met zijn tweetjes lukte het ons de boot langs de rotsen te krijgen en met een harde klap op het “strand” te plaatsen. Als de wiedeweerga vlogen wij de sloep uit en rende naar de rotsen. Daar vonden wij een overhangende klif waar we uit de wind zaten en beschutting hadden. Al snel moeten wij daar in slaap zijn gevallen want ik werd wakker onder een strakblauwe lucht.
    
    We haalden de sloep leeg en daar merkte ik de wat later bleek de eerste tekenen van problemen op. De steward genaamd Lee (geen idee of dat zijn voor- of achternaam was) en ik haalde de sloep leeg terwijl de dames op hun gemak in het zand zaten te kijken. We inventariseerde de inhoud en maakte een provisorische beschutting tegen de elementen. Lee maakte mij duidelijk dat hij voor de maaltijd zou zorgen als ik voor hout zou zorgen. Ik knikte en draaide mij om en vroeg wie mij wilde vergezellen. De dames keurde mij geen blijk waardig en woven mij weg. Ik haalde mij schouders op en dacht dat de ervaringen van gisteren de dames nog dwars zat. Ik sjouwde al snel met juttershout en Lee had al snel het vuur aan en maakte iets van noodrantsoenen. De rest van de ...
«1234»