1. Amragh - 2


    Datum: 29-7-2021, Categorieën: Fantasie Auteur: MasterJohnDo, Bron: Opwindend

    Het eten in de herberg was eenvoudige stamppot. Veel gerechten leken erg op die welke ik op aarde gewend was. Maar op Armagh waren blijkbaar andere groenten, net iets voller en smakelijker dan normaal. De herbergier begon wat nerveus te worden merkte ik. Wat is er aan de hand vroeg ik hem. Ik vermoed dat dadelijk de slavendrijvers weer langskomen was zijn antwoord. Hoe weet je dat vroeg ik hem. Hij wees door het raam op een stofwolk in de verte. De richting stond haaks op de richting waaruit ik gekomen was en duidelijk was daar meer sprake van dorre grond dan het bos wat ik achter me gelaten had. Slavendrijvers vroeg ik nogmaals. De man knikte, van zijn norsheid was weinig meer over. Ruw volk dat vaak gebruik maakt van mijn herberg om hun lading hier af te zetten. Hij wees op een grote kooi op het terrein. Daar halen de slavenhandelaren uit Morgh hen dan weer op. Morgh stelde ik vragend. De stad op een dagreis van hier antwoordde hij. Ik veracht hun handelaren over twee dagen. Inmiddels had ik mijn maaltijd op en ging met mijn bier bij de net aangestoken openhaard zitten. Niet veel later was er enorm rumoer voor de herberg, geschreeuw en gevloek naast gegil. Gegil van vrouwen wel te verstaan. Ik stond op en ging achter de herbergier naar buiten.
    
    De wat frisse avondlucht kwam mij tegemoet. Voor de herberg stonden twee grote wagens met tralies. Daarnaast waren er tal van mannen met zwepen en zwaarden bewapend die op paarden een stoet vooral jongere vrouwen de kooi in ...
    ... joegen. Toen dat gebeurt was zette ze hun paarden vast voor de herberg en kwamen op mij aflopen. Hun leider was een forse kerel met Tal van littekens op zijn armen en gezicht. Zijn dunne zwarte haren plakten aan zijn bezwete gezicht. Ik hou niet van onbekende gezichten snauwde hij tegen mij. Misschien moeten we elkaar dan maar beter leren kennen grapte ik naar hem. Hou je muil klonk het van opzij en een andere man, net zo woest uitziend als zijn leider wilde een mes tussen mijn ribben steken. In plaats van hem aan te vallen boog ik mee met zijn aanval, zijn arm met mes in de hand schoot mij rechts voorbij terwijl ik de man over mijn rug trok. Door de snelheid van zijn aanval hoefde ik nauwelijks kracht te zetten en met een soort van gemankeerde salto klapte de aanvaller op zijn rug op de grond. Happend naar lucht lag hij daar terwijl ik mijn voet op zijn keel plaatste. Ik keek de groep rond, mijn zwaard inmiddels in mijn handen. Het was doodstil. Verdomme snauwde de leider en pakte greep naar zijn zwaard. Ik weerde direct zijn slag af en doorboorde hem vervolgens met mijn zwaard. Mijn eerste aanvaller kwam vrij en vluchtte snel naar zijn paard. Nu hun leider was gesneuveld renden al deze gasten naar hun rijdieren en vluchtte. Die komen wel weer terug met een nieuwe leider verzuchtte de Herbergier. Die vervolgens of het de gewoonste zaak van de wereld was begon met het versjouwen van het lichaam van de voormalig leider van de slavendrijvers.
    
    Ik liep naar de kooi. Een twintigtal ...
«1234»