Anja en Arnold IV-3 - Sex Verhalen

Anja en Arnold IV-3

We maken een sprongetje naar eind maart. Gedurende de wintermaanden is er veel gebeurd. De boot in Monnickendam en hun huis zijn verkocht en ze hebben een penthouse in de buurt gevonden. Die is inmiddels helemaal ingericht en voorzien van talloze gemakken. Ze hebben allebei een nieuwe auto gekocht en die stallen ze in de kelder van het gebouw. Ze wonen op de twaalfde etage en hebben een weids uitzicht over de polders. Hun penthouse is er een van de twee die deze toren telt en ze liggen ruggelings tegen elkaar aan, met een gang ertussen.

Anja is al weer druk bezig met koffers pakken want komende week gaan ze weer naar Turkije. Ze hebben veel nieuwe kleding bij zich, die ze voor een deel daar laten.

Arnold zit binnen wat te lezen in een tijdschrift.

Hij kijkt op zijn horloge, 12 uur geweest, en roept Anja.

“Ga je zo mee?”

“Ik kom eraan. Wil je nu weg?” vraagt ze.

“Ja, want we gaan eerst je ouders ophalen en dan naar de werf dus je bent zo drie kwartier onderweg en ik heb om een uur bij de werf afgesproken.”

“Goed” zegt Anja, “laten we dan maar gaan”

Ze trekken hun jassen aan en gaan naar de lift. Even later lopen ze in de parkeerkelder, stappen in Arnolds auto en rijden weg. De deur van de kelder opent en sluit zich automatisch.

Bij Anja’s ouders aangekomen staan die al klaar. Anja gaat achterin zitten met haar moeder en Ton naast Arnold. Een half uur later draaien ze het terrein van de werf op.

“Kijk”, roept Ton, “daar ligt ie”. Ze stappen uit ...

... en Ton loopt snel naar de sloep, “zijn” sloep. De door hem uitgekozen naam staat op de boeg “IL SOGNO”, Italiaans voor “de droom”. Ton en Marja gaan al vele jaren achtereen in Italië op vakantie.

Ze staan even te kijken bij de sloep wanneer de directeur naar buiten komt en hun begroet. “En ziet hij er goed uit?”

“Hij is prachtig” zegt Ton, “mooier nog dan ik vooraf had gedacht”.

“Zullen we even naar het kantoor lopen?” en hij gaat hun voor.

Eenmaal binnen bespreken ze een aantal zaken die op de boot betrekking hebben. Arnold controleert de papieren en de tenaamstelling. Alles is in orde. De boot staat op zijn naam zoals afgesproken.

“Wie gaat of gaan de boot varen?” vraagt de directeur.

“Een groot deel van het jaar zal ik dat zijn” zegt Ton.

“Dan zal ik u even een paar dingen in de boot uitleggen”.

Ze lopen naar buiten en Ton stapt met de directeur in de sloep. Een aantal belangrijke functies worden hem uitgelegd. Arnold volgt zijn uitleg. Dan komen ze op de wal en krijgt Ton de sleutels.

“Heel veel plezier met uw sloep” besluit de directeur “overigens de brandstoftank zit vol, dus voorlopig kunt u varen”.

“Dank u” zegt Ton, de directeur schudt handen en loopt weer naar binnen.

“Je weet waar de ligplaats is dus als jij met Marja daarheen vaart dan rijden Anja en ik met de auto er naartoe” stelt Arnold voor.

“Vaar jij niet mee Anja?”, vraagt Marja.

“Nee, gaan jullie maar even gezellig met zijn tweetjes, even genieten van jullie nieuw ...